Afgelopen voorjaar wist Danny de Kruyff een aantal zeer indrukwekkende vissen te vangen tijdens een korte Frankrijtrip. De vangstfoto’s zie je in dit artikel terug én we zijn natuurlijk vooral benieuwd hoe Danny een dergelijke trip heeft aangepakt.
Al in het begin van maart worden de plannen gemaakt voor de trip later die maand. Goede voorbereidingen zijn namelijk essentieel om zo succesvol mogelijk te kunnen vissen. Tegen de tijd dat ik vertrek zal de watertemperatuur zo rond de zeven tot acht graden Celsius zijn. Dat betekent dat ik kan rekenen op redelijk passieve vis. Daarmee kan de juiste aaskeuze al direct een doorslaggevende rol spelen.
Klein aas…
Het mag dan duidelijk zijn dat de karper in zo’n situatie vooral de voorkeur geeft aan klein aas. Ik probeer op die behoefte in te haken door hele, halve en gecrushte 14 mm boilies in te zetten. Ook wil ik grondvoer gaan combineren met blikmais en gaan verder gecrushte tijgernoten, rode en witte maden deze smikkelmix compleet maken. De bedoeling is dat er altijd wat lekkers voor elke vis te vinden is en de attractiewaarde van het voer hoog blijft.
Verder wordt er flink wat eetlustopwekker zoals nutramino aan toegevoegd. Het idee is dat elke vis die erop af komt als een stofzuiger tekeer gaat en dus niet eens in de gaten heeft dat hij gevangen gaat worden!
Danny’s smikkelmix
Een combinatie van grondvoer, blikmais, rode en witte maden, en crushte zaden/tijgernoten.
Laatste meters
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat het niet uitmaakt met wat voor systeem je vist, in tegendeel zelfs; die laatste meters blijven altijd heel belangrijk. Op een nieuw water gaat er altijd veel tijd inzitten om die laatste meters juist te positioneren. Ik kies daarom voor een flink stuk leadcore van ongeveer 2,5 meter lengte. Mijn voorkeur gaat uit naar die van Gardner, want deze zinkt erg goed af en volgt de contouren van de bodem uitstekend. In het geval van deze trip komt dat ook nog eens heel goed van pas, omdat er onder water nogal wat obstakels te verwachten zijn.
Als onderlijnen kies ik dit keer voor een KD-rig met een redelijk grote Mugga Continental haak (maat 4), dit omdat ik zeker weet dat deze bij een aasopname altijd zal prikken. Ik gebruik een in verhouding heel klein snowmannetje met een opvallend kleurtje, met een rode fake-made als boiliestopper. Het lijkt misschien een overdreven detail, maar er zijn niet veel vissers die deze gebruiken… Bovendien voer ik ook met rode en witte maden, dus dan is het helemaal niet verkeerd!
De montage afgetopt met een rode imitatie made.
Het water
De verdere voorbereidingen bestaan natuurlijk uit het checken van het materiaal en het doen van de nodige boodschappen. De avond voor vertrek heerst er een gezonde spanning en lukt het moeilijk om in slaap te komen. Toch is het de wekker die me moet wekken en na een lekkere douche en een stevige kop koffie zijn mijn vriendin en ik dan vertrokken.
We zijn goed geluimd en de 500 kilometers vliegen voorbij. Het zweet kruipt langzaamaan in mijn handen bij het passeren van de laatste gehuchtjes, al helemaal wanneer het watertje in zicht komt. Ik heb gekozen voor een klein water omdat ik weet dat dit eerder succes geeft in deze tijd van het jaar dan bijvoorbeeld een groot meer, of een rivier. Ik sta te popelen om direct te beginnen, maar ik beheers me en investeer tijdens deze eerste dag vooral in het zoeken naar interessante stekken: harde platen onder overhangende takken, grindplateau’s, maar ook kuilen kunnen echte hot spots zijn.
De rubberboot komt er aan te pas om de verdere stekken in kaart te brengen. Ik zet ondertussen de waypoints in de GPS van de voerboot, zodat ik de rest van de dagen niet telkens met de rubberboot het water hoef op te gaan. Daarmee behoud ik ook de meeste rust op het water, dan neem ik die 120 meter uitvaren met de radiografische boot maar voor lief. Bovendien kan ik hiermee veel beter compacte voerplekjes creëren.
Karpers zoals deze doen de onophoudelijke regen snel vergeten.
Hard werken loont
Een gevonden grindplateau wordt aangevoerd, maar pas 24 uur later door me bevist. Wel vis ik met drie hengels alvast op andere hotspots, het vertrouwen is best groot!
Na een stevig bord pasta duiken we met een volle maag de slaapzak in. ’s Nachts valt er flink wat regen uit de hemel, maar lijkt het erop dat de vis er door geactiveerd wordt. Ik vang zelfs mijn eerste vis. Tijdens de koffie in de ochtend zie ik steeds meer actieve vis en stijgt daarmee het vertrouwen. Dus karper is losser dan ik dacht, alleen komt er steeds meer wind en regen.
Brute schubs
Een brace van prachtige karpers in deze onvergetelijke week.
Een volgende aanbeet blijft overdag nog uit, maar het geheime wapen in de vorm van een hengel voor het reeds aangevoerde grindplateau staat al klaar! ’s Nachts is het direct raak op die hengel, het betreft een schubje. En vroeg in de ochtend komt er een mooie 32-ponder vandaan! In de loop van de dag vang ik nog een vis en uitgerekend als ik mezelf zit te prijzen omdat ik elke vis nog wist te landen, verspeel ik er eentje in de obstakels…
Het wordt ondertussen tijd voor een eerste droge kledingset, de droge momenten zijn deze trip namelijk ver te zoeken! Overdag is het soms wat droger, maar blijven de aanbeten uit. Tijdens de regenbuien ’s nachts komen er echter steeds meer aanbeten, ik vang zelfs enkele vissen, tot zo’n dertig pond zwaar. De karpers blijken deze week echt los te gaan op het kruim en mijn vele liters maden, ik ben blij dat ik daarop heb gegokt!
Met nog een paar nachtjes te gaan kan ik stellen dat het nu al een supersessie is en dat alles wat nog komt heel erg is meegenomen. Alles bij elkaar krijgen we te weinig nachtrust, maar dat valt gelukkig overdag nog redelijk in te halen.
Danny de Kruyff voelt er weer eentje aankomen…
Wanneer ik het net ophef ligt de vis er wel in, maar hangt de staartpartij nog op het netkoord!
Bizar
De voldoening is groot wanneer ik na een hectische nacht in de vroege ochtend een dikke 23,6 kilo zware spiegel vang. Gelukkig kunnen we tussen de buien door een paar mooie foto’s maken. Het noodweer dat volgt is zo heftig dat ik bang ben dat de tent het zal begeven. Er breken her en der zelfs takken af. We prevelen dat we er hopelijk goed vanaf komen.
De zestiger nog eens, maar dan in een ander shot – wát een vis!
Pas in de avond wordt het wat rustiger en als snel volgt er snelle schub. Het is te vroeg om de vis te zakken en te nat om te fotograferen. We zetten deze karper dus maar snel weer terug. De hengel wordt voorzien van een frisse onderlijn die wordt uitgevaren met een volle voerboot vol smikkelmix en veel maden. Niet veel later liggen we bij te komen van al die die ruwe weersomstandigheden van overdag. Totdat er plots een aanbeet volgt. Bij het aanslaan weet ik al direct dat het een serieuze vis is! Ik vrees zelfs een meerval, want deze vis blijft maar gaan. Dit gevoel beheerst vooral mijn gedachten en ik ben inmiddels knap zenuwachtig wanneer de vis eindelijk onder de kant komt. Wanneer ik het hoofdlampje aanklik verwacht in een dikke zwarte meerval te gaan zien, maar verschijnt er tot mijn grote verbazing een bak van spiegelkarper aan het wateroppervlak. Beetje bij beetje komt de kolos dichterbij. Wanneer ik het net ophef ligt de vis er wel in, maar hangt de staartpartij nog op het netkoord! Als ik het net optil moet ik zelfs extra kracht bijzetten en dan weet ik dat ik hier te maken heb met een nieuw persoonlijk record! Terwijl we de vis in de sling stoppen, verkeer ik een soort van emotie die me bijna tegelijk laat juichen, huilen en schreeuwen. Ik ben aardig ‘over the moon’ en zie dat de wijzer van de weegklok zelfs over de 30 kilogram heengaat. Dit had ik nooit durven dromen.
Mijn tip luidt: neem in het voorjaar, maar ook op de zwaar beviste wateren altijd een goede smikkelmix mee!
Dubbel!
Maar de koek is nog niet op, voor ik het weet krijg ik opnieuw beet en land ik even later een vis van precies 20 kilo. Ik kan geen slaap meer vatten en kies voor koffie. Even later lukt het om een aantal superfoto’s van deze vangsten te maken. Tijdens het terugzetten volgt er nog een beet, het blijkt een gave schub van 17 kilo.
Het is een roes waarin verkeer. In de avond ontvang ik de nodige berichten met felicitaties van goede vrienden. In de nacht dubbel ik de 23,6 kilo spiegel én krijg ik een ‘dubbelrun’; het zijn twee 15 kilo-plus vissen.
De ochtend erna, pakken we doorweekt in en zetten we de terugtocht in. We zijn doodop, maar dat weegt niet op tegen de enorme voldoening die we aan deze trip hebben overgehouden. De keuze om in deze tijd van het jaar niet louter op boilies te gokken, maar ook te opteren voor lekker veel klein spul zoals grondvoer, blikmais (gecrushte) tijgernoten, rode en witte maden. Mijn tip luidt: neem in het voorjaar, maar ook op de zwaar beviste wateren altijd een goede smikkelmix mee!
Auteur: Danny de Kruyff
Leave A Comment